Deze website maakt gebruik van cookies en daarmee vergelijkbare technieken. Dit doen wij om de website goed te laten functioneren, gebruik van de website te laten analyseren en om de gebruikerservaring te optimaliseren. U kunt deze cookies uitzetten via uw browser. Door op akkoord te klikken of door verder gebruik te maken van de website gaat u akkoord met de plaatsing van de cookies. Akkoord Meer informatie

Hoe aannemelijk is het dat een brief niet wordt afgeleverd aan een geadresseerde?

Week 43-2019

Een eigenaar van een Mercedes heeft premieachterstand voor de autoverzekering. De verzekeraar schrijft de man twee maal een brief om hem op de achterstand te wijzen en meldt in die brief ook dat de auto niet meer verzekerd is als hij niet voor een bepaalde datum heeft betaald.

Voordat de man de achterstallige premie heeft betaald, brandt de auto uit. De verzekeraar weigert deze schade te betalen op grond van de premieachterstand. De man stelt nooit een brief van de verzekeraar ontvangen te hebben.

In deze procedure gaat het dan om de vraag of de man inderdaad brieven van de verzekeraar heeft ontvangen. Daarbij is het de verzekeraar opgelegd om te bewijzen dat de gestelde brieven zijn verzonden en op het adres van de man zijn aangekomen.

De rechter acht dat bewijs geleverd op grond van de volgende bewijzen.

Ten eerste een getuigenverklaring een functioneel beheerder die bij Achmea logistieke stromen op het gebied van printen, mailen, archiveren en dergelijke controleert. De conclusie van zijn onderzoek luidt dat een medewerker van Achmea de brief heeft opgesteld en dat die na een interne routing is aangeboden aan Canon. Canon zorgt voor het printen en verzendklaar maken en ter post aanbieden van de brieven van Achmea en hetzelfde aantal stukken dat is aangeboden aan Canon, is door Canon aangeboden aan PostNL.

Het hof heeft geen reden om aan deze verklaring te twijfelen en acht daarmee voldoende aannemelijk dat de brief aan Canon is aangeboden en door haar is uitgeprint en verzonden. Als al aan de zijde van Canon sprake zou zijn van een onjuiste opgave, is dit zo onwaarschijnlijk dat het hof aan die theoretische mogelijkheid geen betekenis zal toekennen.

Vervolgens is er een getuigenverklaring van medewerker van PostNL. Hij verklaart dat de brief als niet-geregistreerde post is aan te merken en dat daarvan niet met honderd procent zekerheid is te bewijzen dat ze bezorgd zijn. Echter, op de brief staat een normaal adres (de woonboot waar de man met anderen op woont) en daar was een brievenbus aanwezig die normaal te gebruiken is. In de periode waar het hier om gaat, waren er geen bezorgklachten over dit adres of de nabije omgeving. Ook was toentertijd geen sprake van disfunctionerend personeel bij PostNL. Het adres stond evenmin bekend als problematisch. Postbezorgers hebben hem verzekerd dat er regelmatig post wordt bezorgd. Het komt naar zijn zeggen slechts zeer incidenteel voor dat brieven niet bezorgd worden, omdat ze in het bedrijf zelf in het ongerede raken. Er zijn binnen PostNL procedures om dat zoveel mogelijk te voorkomen.

Het hof acht ook deze verklaring betrouwbaar, wat ook de bezorging van de brief aannemelijk maakt. Ervan uitgaande dat brieven binnen PostNL slechts zelden zoek raken, is het ongeloofwaardig dat dat in deze zaak met beide brieven en dus in feite twee keer zou zijn gebeurd.

Vanuit mijn eigen ervaring met de postbezorging van PostNL heb ik niet de indruk dat bij PostNL slechts zeer incidenteel post kwijt raakt, maar het feit dat er in deze zaak twee keer achter elkaar een brief van dezelfde verzekeraar niet zou zijn bezorgd is ook wel weer te toevallig.

Lees de uitspraak in pdf-formaat
Weten wat BSA voor u kan betekenen? Neem vrijblijvend contact op >

Hebt u vragen? Neem gerust contact op.