Deze website maakt gebruik van cookies en daarmee vergelijkbare technieken. Dit doen wij om de website goed te laten functioneren, gebruik van de website te laten analyseren en om de gebruikerservaring te optimaliseren. U kunt deze cookies uitzetten via uw browser. Door op akkoord te klikken of door verder gebruik te maken van de website gaat u akkoord met de plaatsing van de cookies. Akkoord Meer informatie

Werkgever Albert Heijn aansprakelijk voor schade caissière na gewapende overval? Over werkgeverszorgplicht en –aansprakelijkheid.

Week 18-2015

Aanbevolen: lees de uitspraak in pdf-formaat

Artikel 7:658 BW gaat over de zorgplicht van de werkgever. De werkgever moet ervoor zorgen dat werknemers veilig hun werk kunnen doen, zonder schade op te lopen. Als een werknemer toch schade oploopt tijdens het uitvoeren van zijn werkzaamheden is de werkgever aansprakelijk voor die schade, tenzij hij aantoont dat hij zijn zorgplicht is nagekomen, of dat de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de werknemer zelf.

 

Wat was er in deze zaak aan de hand?
Een filiaal van Albert Heijn wordt overvallen. De gewapende overvallers weten binnen te komen nadat werknemers van Albert Heijn ’s ochtends een magazijndeur open hebben laten staan. Een caissière (verder: ‘werkneemster’) loopt door de overval letsel op. Zij stelt haar werkgever vervolgens aansprakelijk voor haar schade op grond van artikel 7:658 BW.
De aansprakelijkheidsverzekeraar van Albert Heijn wijst aansprakelijkheid van de hand. Werkneemster neemt hier geen genoegen mee en wendt zich tot de kantonrechter.

De procedure bij de rechtbank
De kantonrechter overweegt dat niet in geschil is dat betrokken werkneemster de schade heeft opgelopen tijdens de uitoefening van haar werkzaamheden. Tussen partijen staat bovendien vast dat de schade niet in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van werknemer. Het is dus nu aan werkgever Albert Heijn om te stellen en te bewijzen dat al die maatregelen zijn genomen en al die aanwijzingen zijn gegeven die redelijkerwijs noodzakelijk waren om de schade te voorkomen.

Standpunt werkgever
Albert Heijn stelt zich op het standpunt alle redelijke veiligheidsmaatregelen te hebben genomen, zodat aan de werkgeverszorgplicht is voldaan. Er is een standaardbeveiliging en er zijn standaardregels op het gebied van veiligheid, zoals een alarmsysteem, camerasystemen, overvalknoppen, rolluiken, rampalen voor de toegangsdeuren en secu-strips bij die deuren. Er is een tijdslot op de kluis en een gesloten systeem van geldoverdracht. Op de gevel van het gebouw zijn sterke lampen gericht en er gelden specifieke regels ten aanzien van geldafroming en –opslag. Bovendien heeft elk filiaal, dus ook het betrokken filiaal, een winkelveiligheidsplan waarin nadere veiligheidsmaatregelen zijn vastgelegd. Deze maatregelen zien onder meer op afspraken over hoe werknemers moeten handelen bij een overval of kassagreep. De maatregelen zijn in de winkel in te zien door het personeel en worden minimaal jaarlijks besproken. Ook zijn in de huisregels veiligheidsinstructies opgenomen. De huisregels worden bij indiensttreding verstrekt en zijn bovendien via intranet te raadplegen.

Albert Heijn is bovendien van mening dat de overval ook zou hebben plaatsgevonden als er bovenop de voornoemde maatregelen extra voorzieningen waren getroffen.

Standpunt werkneemster
Werkneemster stelt dat uit het winkelveiligheidsplan (indirect) kan worden opgemaakt dat de magazijndeuren niet mogen blijven openstaan. De werknemers die de magazijndeur die bewuste ochtend open lieten staan hebben kennelijk deze instructies niet gehad. In ieder geval was er geen controle op de naleving van deze instructies.

Beoordeling kantonrechter
De kantonrechter stelt vast dat in het winkelveiligheidsplan geen instructie is opgenomen over het openen en open laten staan van de magazijndeur tijdens of na het lossen van voorraden. Er staat alleen in dat de deur nooit mag worden geopend zonder vooraf via de doorkijkmogelijkheid te hebben gekeken wie er voor de deur staat, en dat de deur nooit voor onbekende personen open mag worden gedaan. Het winkelveiligheidsplan bevat op dit punt dus een lacune.

Verder heeft werkgever Albert Heijn volgens de kantonrechter onvoldoende onderbouwd dat werknemers op de situatie van een overval – een algemeen risico van supermarkten – toegespitste veiligheidsinstructies krijgen, en dat die specifieke instructies bovendien regelmatig worden geüpdatet. De kantonrechter acht het bovendien aannemelijk dat het risico op een overval via de magazijndeuren wel degelijk aanzienlijk had kunnen worden beperkt door specifieke, op dit risico toegespitste maatregelen.

Kortom, Albert Heijn heeft de stelling dat aan de werkgeverszorgplicht is voldaan onvoldoende onderbouwd. De kantonrechter wijst de vordering van werkneemster toe.

Concluderend
De zorgplicht van werkgevers reikt ver. Het hebben van algemene (veiligheids)instructies en (veiligheids)plannen en daar de aandacht op vestigen alleen is niet voldoende, ook controle op naleving van deze instructies is van belang. Daarbij moet de werkgever er ook nog op bedacht zijn dat werknemers niet altijd geneigd zijn zich aan (alle) instructies te houden.

Vindplaats: ECLI:NL:RBMNE:2015:2602

Weten wat BSA voor u kan betekenen? Neem vrijblijvend contact op >

Op de hoogte blijven?

Blijf op de hoogte van de ontwikkelingen rondom de dienstverlening van BSA.